Het eiland waar we het al heel lang over hebben gehad. Het moest een paradijs op aarde zijn, parelwitte stranden en azuurblauw water. Om de chaos van de afgelopen week even achter ons te laten bezochten we het paradijselijke Phu Quoc. We kwamen letterlijk en figuurlijk even ten anker te liggen. Bijzondere taferelen tijdens een snorkeltocht en ik was er ook echt even goed ziek van! Lees mee met de verhalen van Phu Quoc.
Een band met Vietnam
De vorige keer vertelde ik nog vol trots dat het busverkeer hier zo goed geregeld was. Ik moet dit keer naar woorden zoeken om het te overtreffen. Het begint er op te lijken dat ik aandelen heb bij de busmaatschappij hier, maar geloof me: ze zijn hier beter dan je zou denken. Ik zal het uitleggen.
Wij stapten nietsvermoedend in de slaapbus die ons van Can Tho naar de havenplaats Rach Gia bracht. Nog geen uurtje onderweg en hoor ik een rotje afgaan onder de bus! BAM! Klapband. Shit, dachten we, dit gaat uren duren. “Heb jij nog genoeg drinken bij je..?” was de overlevingsvraag die we aan elkaar stelde. Nja, we hebben voor hetere vuren gestaan de afgelopen weken… De chauffeur neemt een kijkje, loopt weer de bus in en wat doet ‘ie? Hij begint gewoon weer te rijden. Natuurlijk! Bandje meer of minder, wat maakt het uit. De slimme vent rijdt de band aan gort en omdat in Vietnam hier zo ongeveer iedereen z’n eigen winkeltje heeft stoppen we na zo’n 10 minuten ergens in de middle of knowhere. De bandenman wordt opgetrommeld, busje op de krik, nieuw bandje der onder en we reden weer! De gemiddelde pitstop bij de formule 1 gaat langzamer! Wat een weelde! Nog geen 30 minuten na de klapband reden we weer. Moet eens vaker de verwachtingen wat naar beneden bijstellen, wat een lekker gevoel!
Handen en voeten
Een half uurtje later dan gepland kwamen we veilig aan in Rach Gia. Daar was het weer duidelijk dat Vietnam nog lang niet overgenomen is door de toeristen. We kregen namelijk een telefoon mee van het hotel waarmee we konden bellen om ons (gratis) op te laten halen waar we maar wilden. “Because no one spieks Inglish sir”, aldus onze vriend van het hotel. Toen we bij een willekeurig restaurantje met plastic stoelen gingen zitten, kregen we de menukaart. Toen begrepen we pas wat de lieve man bedoelde. Ze spreken hier dus echt 0,0 Engels. Het verrassingsmenu was ook nog eens verrukkelijk. Wat heerlijk om een vreemde vogel in een Vietnamees dorp te zijn! En ook nog een verrukkelijke zonsondergang als toetje… Mooi leven!
Na een prima boottochtje richting het eiland hadden we inmiddels intrek genomen in ons nieuwe hostel. Wat een lieve mensen hier zeg! Alle tijd om je even ergens mee te helpen. En waar ik in Thailand sterk het gevoel kreeg dat ze me héél graag wilde helpen zodat ze er zelf rijker van werden, had ik hier dat gevoel totaal niet. Het vertrouwen in de mens was weer volledig terug! Het gaat allemaal niet zo snel zoals je zelf zou willen, maar daarvoor is het tenslotte vakantie. Een boottochtje regelen, dat ging voor Vietnam begrippen wel weer redelijk soepel.
De trossen los
Via onze aardige knul van het hostel hadden we een prive bootje gehuurd voor een dag. Om de kosten een beetje te drukken, en voor een beetje gezelligheid, deelden we de boot met een stel uit Ierland. Hup, op de brommer naar de haven! Potjandorie, dat was verder dan ik dacht. Maar met dat perfecte wegdek hier op Phu Quoc was dat geen enkel probleem! Wat een luxe om hier met je brommertje te rijden terwijl het zonnetje heerlijk achter je aan rijdt.
Een dagje snorkelen was het plan. En het plan werd realiteit. We hadden dus een bootje voor ons zelf gehuurd, met kapitein. Een vrouw die nog minder Engels kon dan onze vrienden uit Rach Gia… Ga dan maar eens uitleggen waar je naar toe wil.
Het was al met al een meer dan geslaagde dag! Overal een beetje aanmeren, anker uit en snorkelen maar! De onderwaterwereld was hier niet zo mooi als eerdere plekjes, maar het mocht er zeker zijn! Ondertussen kregen we nog een beetje visdraad en wat aas om van die joekels uit het water te halen. Zúlke joekels werden het!
Even voor anker
Onze laatste snorkelplek was een hilarische. Nadat we de onderwaterwereld wederom goed hadden geïnspecteerd, zetten we koers richting de haven. Althans, dat dachten we. We moesten alleen nog even het anker binnenhalen. Potverdorie, dit zat vast! Achter een rots was ‘ie gekropen. Er waren inmiddels twee mannen en een vrouw overboord. Om het anker te bevrijden, wel te verstaan. Na een tijdje trekken aan het touw was het anker eindelijk bevrijd! Jeeeeej! Maar mevrouw de Kapitein begreep het niet zo goed. Die stuurde de boot finaal de verkeerde kant op. Gevolg: Anker nog iets vaster dan de laatste keer…
Na weer een potje touwtrekken en in de meeste eenvoudige gebaren uitleggen wat onze schipper moest doen, waren we dan eindelijk bevrijd! We konden naar huis! Als een kind zo blij! En gelukkig hebben we de foto’s nog…
Het anker als voorteken
Na ons anker avontuur verkasten we van locatie. Omdat een zwembadje niet zo gek was met 35 graden op het bolletje. Overigens was niet iedereen het ermee eens dat we gingen verhuizen…De dag van verhuizing voelde ik me niet lekker. Slecht nieuws van het thuisfront en ook nog eens vaste bezoeker van de wc. De dagen die volgden waren bepaald niet om over naar huis te schrijven. Dat doe ik dan ook maar niet. Elke avond een geweldige zonsondergang was echter wel een mooie pleister op de wonden…
Enigszins aangesterkt trokken we er nog wel op uit met de scooter. Al was het niet van harte. We bezochten nog wat overblijfselen van de oorlog. Kreeg ik het niet koud van de buikgriep, dan was het wel van de akelige taferelen die in de gevangenis van Phu Quoc hadden plaatsgevonden. Het greep me duidelijk aan. Om de griezelverhalen even te vergeten brachten we op terugweg nog een bezoekje aan het mooiste strand dat ik ooit heb gezien: Sao Beach. Ongelooflijk, wat een helder water! Ongekend!
Ondanks het leven als een slappe vaatdoek hadden we toch nog een fijne tijd in Phu Quoc. Zo hadden we een onderdak gevonden bij enorm lieve mensen. Ze deden alles voor je, geweldig! Een ongevraagd sapje vitamientjes was genoeg om weer even op te teren. De plannen om naar Cambodja te gaan werden even in de ijskast gezet. We reisden ons gevoel achterna. Waar kun je beter herstellen dan de stad die in een aantal dagen je hart had veroverd? We gingen terug naar Saigon, oftewel Ho Chi Minh City! Op naar betere tijden…